Jeremia 39:13

13 Zo zond Nebuzaradan, de overste der trawanten, mitsgaders Nebusazban Rab-Saris en Nergal-Sarezer Rab-Mag, en al de oversten des konings van Babel;

Jeremia 39:13 Meaning and Commentary

Jeremiah 39:13

So Nebuzaradan captain of the guard sent
When he was come to Jerusalem, one of the first things he did was, he sent a messenger or messengers to the court of the prison where Jeremiah was, to bring him from thence; and this he did not alone, but with the rest of the princes, who had the same charge, and were joined in the commission with him: two of them are mentioned by name, Nebushasban Rabsaris and Nergalsharezer Rabmag;
the latter of these is manifestly one of the princes that first entered Jerusalem, at the taking of it, (See Gill on Jeremiah 39:3); and perhaps the former is the same with Sarsechim Rabsaris, as Hillerus ^F14 thinks, mentioned at the same time, who might have two names; unless we suppose there were two persons in the same office: and all the king of Babylon's princes:
so that great honour was done to the prophet, to have them all charged with his commission from the king; and to be sent unto, and for, by them all.

---

FOOTNOTES:

F14 Onomastie. Sacr. p. 604.

Jeremia 39:13 In-Context

11 Maar van Jeremia had Nebukadrezar, de koning van Babel, bevel gegeven in de hand van Nebuzaradan, den overste der trawanten, zeggende:

12 Neem hem, en stel uw ogen op hem, en doe hem niets kwaads; maar gelijk als hij tot u spreken zal, doe alzo met hem.

13 Zo zond Nebuzaradan, de overste der trawanten, mitsgaders Nebusazban Rab-Saris en Nergal-Sarezer Rab-Mag, en al de oversten des konings van Babel;

14 Zij zonden dan henen en namen Jeremia uit het voorhof der bewaring, en gaven hem over aan Gedalia, den zoon van Ahikam, den zoon van Safan, dat hij hem henen uitbracht naar huis; alzo bleef hij in het midden des volks.

15 Het woord des HEEREN was ook tot Jeremia geschied, als hij in het voorhof der bewaring besloten was, zeggende: