Jeremia 49:20

20 Daarom hoort des HEEREN raadslag, dien Hij over Edom heeft beraadslaagd, en Zijn gedachten, die Hij gedacht heeft over de inwoners van Theman: Zo de geringsten van de kudde hen niet zullen nedertrekken! Indien hij hunlieder woning niet boven hen zal verwoesten!

Jeremia 49:20 Meaning and Commentary

Jeremiah 49:20

Therefore hear the counsel of the Lord that he hath taken
against Edom
The decree of the Lord; the purpose and resolution he had taken up in his heart against the Idumeans, which was wisely formed, and upon just and good grounds: and his purposes that he hath purposed against the inhabitants of
Teman;
a principal place in Edom, the inhabitants of which were famous for their wisdom, ( Jeremiah 49:7 ) ; and therefore are here particularly mentioned; there being no wisdom, nor understanding, nor counsel against the Lord, so as to frustrate his purposes and designs, which have always their effect, ( Proverbs 19:21 ) ( 21:30 ) ; surely the least of the flock shall draw them out;
not the Persians, the least of the sons of Japheth, as some Rabbins in Jarchi F3; nor the Israelites, as Kimchi, particularly Rachel's sons, or the posterity of Joseph and Benjamin; but the common soldiers, the weakest and most feeble in the Chaldean army: as princes are compared to shepherds, their people are like flocks; and now the least of these in the king of Babylon's army should be a match for the strongest of the Edomites; and should draw them out of their habitations, as dogs or wolves drag sheep out of the folds, and draw about dead carcasses, and devour them. The words are in the form of an oath, "if the least of the flock do not draw them out"; that is, as I live they shall; or I swear by myself they shall certainly do it; so the Targum,

``if they do not draw and kill the mighty of the people:''
surely he shall make their habitations desolate with them;
or, "their folds"; the sheep shall be destroyed, and their folds shall be demolished; that is, the inhabitants of Edom shall be slain with the sword, and their cities, towns, and villages, shall be laid waste.
FOOTNOTES:

F3 Vid. T. Bab. Yoma, fol. 10. 1.

Jeremia 49:20 In-Context

18 Gelijk de omkering van Sodom en Gomorra en haar naburen, zal het zijn, zegt de HEERE; niemand zal daar wonen, en geen mensenkind daarin verkeren.
19 Ziet, gelijk een leeuw van de verheffing der Jordaan, zal hij opkomen tegen de sterke woning; want Ik zal hem in een ogenblik daaruit doen lopen; en wie daartoe verkoren is, dien zal Ik tegen haar bestellen; want wie is Mij gelijk, en wie zou Mij dagvaarden, en wie is die herder, die voor Mijn aangezicht bestaan zou?
20 Daarom hoort des HEEREN raadslag, dien Hij over Edom heeft beraadslaagd, en Zijn gedachten, die Hij gedacht heeft over de inwoners van Theman: Zo de geringsten van de kudde hen niet zullen nedertrekken! Indien hij hunlieder woning niet boven hen zal verwoesten!
21 De aarde heeft gebeefd van het geluid huns vals, van het gekrijt, welks geluid gehoord is bij de Schelfzee.
22 Ziet, hij zal opkomen en snel vliegen, als een arend, en zijn vleugelen over Bozra uitbreiden; en het hart van Edoms helden zal te dien dage wezen, als het hart ener vrouw, die in nood is.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.