Jeremia 49:30

30 Vliedt, zwerft fluks henen weg, woont in diepe plaatsen, gij inwoners van Hazor! spreekt de HEERE; want Nebukadrezar, de koning van Babel, heeft een raadslag tegen ulieden beraadslaagd, en een gedachte tegen hen gedacht.

Jeremia 49:30 Meaning and Commentary

Jeremiah 49:30

Flee, get you far off, dwell deep, O ye inhabitants of Hazor,
saith the Lord
The same is said to the inhabitants of Dedan, (See Gill on Jeremiah 49:8); for Nebuchadrezzar king of Babylon hath taken counsel against you, and
hath conceived a purpose against you:
had determined upon their destruction, and had consulted and contrived ways and means to effect it; and therefore, since so powerful an enemy had such a design upon them, it was high time to flee, and get as far off as they could, and hide themselves in the caverns of the earth.

Jeremia 49:30 In-Context

28 Tegen Kedar, en tegen de koninkrijken van Hazor, die Nebukadrezar, de koning van Babel, sloeg, zegt de HEERE alzo: Maakt u op, trekt op tegen Kedar, en verstoort de kinderen van het oosten.
29 Zij zullen hun tenten en hun kudden nemen, hun gordijnen en al hun gereedschap, en hun kemelen voor zich wegnemen; en zij zullen tegen hen uitroepen: Schrik van rondom!
30 Vliedt, zwerft fluks henen weg, woont in diepe plaatsen, gij inwoners van Hazor! spreekt de HEERE; want Nebukadrezar, de koning van Babel, heeft een raadslag tegen ulieden beraadslaagd, en een gedachte tegen hen gedacht.
31 Maakt u op, trekt op tegen het volk, dat rust heeft, dat in zekerheid woont, spreekt de HEERE; dat geen deuren noch grendel heeft, die alleen wonen.
32 En hun kemelen zullen ten roof zijn, en de menigte van hun vee zal ten buit zijn; en Ik zal hen verstrooien in alle winden, te weten degenen, die aan de hoeken afgekort zijn; en Ik zal hunlieder verderf van al zijn zijden aanbrengen, spreekt de HEERE.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.