Joël 3:6

6 En gij hebt de kinderen van Juda en de kinderen van Jeruzalem verkocht aan de kinderen der Grieken, opdat gij hen verre van hun landpale, mocht brengen.

Joël 3:6 Meaning and Commentary

Joel 3:6

The children also of Judah and the children of Jerusalem
Not children in age literally, as Kimchi, kidnapped or bought by the Tyrians; but the inhabitants of Judah and Jerusalem: have ye sold unto the Grecians;
or sons of Javan; it was one part of the merchandise of Tyre to trade in the persons of men; and Javan, or the Greeks, with others, were their merchants for them, ( Ezekiel 27:13 ) ; and the souls of men are a part of the trade of the merchants of Rome, typified by the Tyrians, ( Revelation 18:13 ) ; that ye might remove them far from their border;
from their own land, or place of dwelling, that so they might not be easily redeemed, and return to it any more. Rome, the antichristian Tyre, trading with the souls of men, is to their eternal damnation, as much as in them lies. Cocceius interprets this of the children of the church being trained up in the doctrine of Aristotle, in the times of the schoolmen.

Joël 3:6 In-Context

4 En ook, wat hebt gij met Mij te doen, gij Tyrus en Sidon, en alle grenzen van Palestina! Zoudt gij Mij een vergelding wedergeven? Maar zo gij Mij wilt vergelden, lichtelijk, haastelijk, zal Ik uw vergelding op uw hoofd wederbrengen.

5 Omdat gij Mijn zilver en Mijn goud hebt weggenomen, en hebt Mijn beste kleinodien in uw tempels gebracht.

6 En gij hebt de kinderen van Juda en de kinderen van Jeruzalem verkocht aan de kinderen der Grieken, opdat gij hen verre van hun landpale, mocht brengen.

7 Ziet, Ik zal ze opwekken uit de plaats, waarhenen gij ze hebt verkocht; en Ik zal uw vergelding wederbrengen op uw hoofd.

8 En Ik zal uw zonen en uw dochteren verkopen in de hand der kinderen van Juda, die ze verkopen zullen aan die van Scheba, aan een vergelegen volk; want de HEERE heeft het gesproken.