Jozua 15:11

11 Verder zal deze landpale uitgaan aan de zijde van Ekron, noordwaarts, en deze landpale zal strekken naar Sichron aan, en over den berg Baala gaan, en uitgaan te Jabneel; en de uitgangen dezer landpale zullen zijn naar de zee.

Jozua 15:11 Meaning and Commentary

Joshua 15:11

And the border went out unto the side of Ekron northward
Which was one of the principalities of the Philistines; and which, though it fell to the lot of Judah, ( Joshua 15:45 ) , was not possessed by them:

and the border was drawn to Shicron, and passed along to Mount Baalah;
of which places we have no account elsewhere:

and went unto Jabneel;
which Masius makes no doubt was one of the Jamnias, and particularly that which was a seaport; which Strabo says

---

FOOTNOTES:

F1 was distant from Azotus and Ashkelon about two hundred furlongs, or twenty five miles:

and the goings out of the border were at the sea;
the Mediterranean sea; here the northern border ended.

F1 Geograph. l. 16. p. 522.

Jozua 15:11 In-Context

9 Daarna zal deze landpale strekken van de hoogte des bergs tot aan de waterfontein Nefthoah, en uitgaan tot de steden van het gebergte Efron. Verder zal deze landpale strekken naar Baala; deze is Kirjath-Jearim.

10 Daarna zal deze landpale zich omkeren Baala tegen het westen, naar het gebergte Seir, en zal doorgaan aan de zijde van den berg Jearim van het noorden; deze is Chesalon; en zij zal afkomen naar Beth-Semes, en door Timna gaan.

11 Verder zal deze landpale uitgaan aan de zijde van Ekron, noordwaarts, en deze landpale zal strekken naar Sichron aan, en over den berg Baala gaan, en uitgaan te Jabneel; en de uitgangen dezer landpale zullen zijn naar de zee.

12 De landpale nu tegen het westen zal zijn tot de grote zee en derzelver landpale. Dit is de landpale der kinderen van Juda rondom heen, naar hun huisgezinnen.

13 Doch Kaleb, den zoon van Jefunne, had hij een deel gegeven in het midden der kinderen van Juda, naar den mond des HEEREN tot Jozua, de stad van Arba, vader van Enak, dat is Hebron.