Leviticus 25:18

18 En doet Mijn inzettingen, en houdt Mijn rechten, en doet dezelve; zo zult gij zeker wonen in het land.

Leviticus 25:18 Meaning and Commentary

Leviticus 25:18

Wherefore ye shall do my statutes, and keep my judgments, and
do them
These and all others he enjoined; by which tenure, even obedience to all his commands, moral, ritual, and judicial, they were to hold the land of Canaan, and their possessions in it, which is intended in the next clause: and ye shall dwell in the land in safety;
without any fear of enemies, or of the neighbouring nations about them seizing upon them, and distressing them; and Jarchi observes, that it was for transgressing the sabbatical year that Israel was carried captive, which he thinks is intimated in ( 2 Chronicles 36:21 ) ; and that the seventy years' captivity in Babylon were for the seventy sabbatical years that had been neglected.

Leviticus 25:18 In-Context

16 Naar de veelheid der jaren zult gij zijn koop vermeerderen, en naar de weinigheid der jaren zult gij zijn koop verminderen; want hij verkoopt aan u het getal der inkomsten.
17 Dat dan niemand zijn naaste verdrukke; maar vreest voor uw God; want Ik ben de HEERE, uw God!
18 En doet Mijn inzettingen, en houdt Mijn rechten, en doet dezelve; zo zult gij zeker wonen in het land.
19 En het land zal zijn vrucht geven, en gij zult eten tot verzadiging toe; en gij zult zeker daarin wonen.
20 En als gij zoudt zeggen: Wat zullen wij eten in het zevende jaar? Ziet, wij zullen niet zaaien, en onze inkomst niet inzamelen;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.