Lukas 11:25

25 En komende, vindt hij het met bezemen gekeerd en versierd.

Lukas 11:25 Meaning and Commentary

Luke 11:25

And when he cometh, he findeth it swept and garnished.
] In Matthew it is also said to be "empty"; and so it is read here in the Arabic version; and in the Ethiopic version, "empty of men": but rather the sense is, that he found it empty of all goodness, notwithstanding all the sweeping and garnish of an outward reformation. The Persic version renders it, "heated and prepared"; heated with wrath and fury against Christ, and his Gospel, and so was prepared and fitted to be a proper habitation for Satan; and in such a case as this was the Jewish nation from the time of Christ's death to the destruction of Jerusalem; (See Gill on Matthew 12:44)

Lukas 11:25 In-Context

23 Wie met Mij niet is, die is tegen Mij; en wie met Mij niet vergadert, die verstrooit.
24 Wanneer de onreine geest van den mens uitgevaren is, zo gaat hij door dorre plaatsen, zoekende rust; en die niet vindende, zegt hij: Ik zal wederkeren in mijn huis, daar ik uitgevaren ben.
25 En komende, vindt hij het met bezemen gekeerd en versierd.
26 Dan gaat hij heen, en neemt met zich zeven anderen geesten, bozer dan hij zelf is, en ingegaan zijnde, wonen zij aldaar; en het laatste van dien mens wordt erger dan het eerste.
27 En het geschiedde, als Hij deze dingen sprak, dat een zekere vrouw, de stem verheffende uit de schare, tot Hem zeide: Zalig is de buik, die U gedragen heeft, en de borsten, die Gij hebt gezogen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.