Psalmen 11:2

2 Want ziet, de goddelozen spannen den boog, zij schikken hun pijlen op de pees, om in het donkere te schieten naar de oprechten van harte.

Psalmen 11:2 Meaning and Commentary

Psalms 11:2

For, lo, the wicked bend [their] bow
Are devising mischief, and making preparations to accomplish it;

they make ready their arrow upon the string;
of the bow, and are just about to execute their wicked designs;

that they may privily shoot at the upright in heart;
such as David, and those that were with him, were; they were men whose hearts were upright before God, and were of upright conversations before men, and so became the butt of the malice and resentment of wicked men; against these they formed evil purposes, delivered out bitter words, which were like sharp arrows of the mighty; threatened them with ruin and destruction, and took methods to bring about their designs and make good their words, in the most private and secret manner. Hence some of David's friends thought it most advisable for him to make his escape; adding,

Psalmen 11:2 In-Context

1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester. Ik betrouw op den HEERE; hoe zegt gijlieden tot mijn ziel: Zwerft henen naar ulieder gebergte, als een vogel?
2 Want ziet, de goddelozen spannen den boog, zij schikken hun pijlen op de pees, om in het donkere te schieten naar de oprechten van harte.
3 Zekerlijk, de fondamenten worden omgestoten; wat heeft de rechtvaardige bedreven?
4 De HEERE is in het paleis Zijner heiligheid, des HEEREN troon is in den hemel; Zijn ogen aanschouwen, Zijn oogleden proeven de mensenkinderen.
5 De HEERE proeft den rechtvaardige; maar den goddeloze, en dien, die geweld liefheeft, haat Zijn ziel.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.