Richtere 3:11

11 Toen was het land veertig jaren stil, en Othniel, de zoon van Kenaz, stierf.

Richtere 3:11 Meaning and Commentary

Judges 3:11

And the land had rest forty years
As it should seem from the time of this deliverance; though, according to Ben Gersom and Abarbinel, the eight years' servitude are to be included in them; and Bishop Usher F18 reckons these forty years from the rest first settled in the land by Joshua; but the former sense seems best:

and Othniel the son of Kenaz died:
not at the end of the forty years; it is not likely he should live so long, but when he died is not certain; Eusebius F19 says he judged Israel fifty years.


FOOTNOTES:

F18 Anual. Vet. Test. p. 42.
F19 Evangel. Praepar. l. 1O. c. 14. p. 502.

Richtere 3:11 In-Context

9 Zo riepen de kinderen Israels tot den HEERE; en de HEERE verwekte de kinderen Israels een verlosser, die hen verloste, Othniel, zoon van Kenaz, broeder van Kaleb, die jonger was dan hij.
10 En de Geest des HEEREN was over hem, en hij richtte Israel, en toog uit ten strijde; en de HEERE gaf Cuschan Rischataim, den koning van Syrie, in zijn hand, dat zijn hand sterk werd over Cuschan Rischataim.
11 Toen was het land veertig jaren stil, en Othniel, de zoon van Kenaz, stierf.
12 Maar de kinderen Israels voeren voort te doen, dat kwaad was in de ogen des HEEREN; toen sterkte de HEERE Eglon, den koning der Moabieten, tegen Israel, omdat zij deden, wat kwaad was in de ogen des HEEREN.
13 En hij vergaderde tot zich de kinderen Ammons en de Amalekieten en hij toog heen, en sloeg Israel, en zij namen de Palmstad in bezit.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.