Handelingen 21:27

27 Als nu de zeven dagen zouden voleindigd worden, zagen hem de Joden van Azie in den tempel, en beroerden al het volk, en sloegen de handen aan hem,

Handelingen 21:27 Meaning and Commentary

Acts 21:27

And when the seven days were almost ended
The Syriac version renders it, "when the seventh day was come"; from the time that Paul came to Jerusalem: some understand this of the seven weeks from the passover to Pentecost, and that it was when they were almost ended, and the day of Pentecost was at hand, for which Paul came up to Jerusalem; but rather, the seven days of purification of the Nazarites are meant:

the Jews which were of Asia;
and it may be chiefly of Ephesus, the metropolis of Asia; who knew Paul there, and were his implacable enemies; for this is to be understood of the unbelieving Jews, who were come up to the feast of Pentecost:

when they saw him in the temple;
where he was come to bring his offering, on account of his vow:

stirred up all the people;
against the apostle; incensed them with stories about him, how that he was an opposer of Moses and his laws, and was now defiling the temple, by bringing in Heathens into it:

and laid hands on him;
in a violent manner, and dragged him out of the temple.

Handelingen 21:27 In-Context

25 Doch van de heidenen, die geloven, hebben wij geschreven en goed gevonden, dat zij niets dergelijks zouden onderhouden, dan dat zij zich wachten van hetgeen den afgoden geofferd is, en van bloed, en van het verstikte, en van hoererij.

26 Toen nam Paulus de mannen met zich, en den dag daaraan met hen geheiligd zijnde, ging hij in den tempel, en verkondigde, dat de dagen der heiliging vervuld waren, blijvende daar, totdat voor een iegelijk van hen de offerande opgeofferd was.

27 Als nu de zeven dagen zouden voleindigd worden, zagen hem de Joden van Azie in den tempel, en beroerden al het volk, en sloegen de handen aan hem,

28 Roepende: Gij Israelietische mannen, komt te hulp! Deze is de mens, die tegen het volk, en de wet, en deze plaats allen man overal leert; en bovendien heeft hij ook Grieken in den tempel gebracht, en heeft deze heilige plaats ontheiligd.

29 Want zij hadden te voren Trofimus, den Efezier, met hem in de stad gezien, welken zij meenden, dat Paulus in den tempel gebracht had.