1 Kronieken 11:7

7 David nu woonde op den burg; daarom heet men dien de stad Davids.

1 Kronieken 11:7 Meaning and Commentary

1 Chronicles 11:7

(See Gill on 1 Chronicles 11:1)

1 Kronieken 11:7 In-Context

5 En de inwoners van Jebus zeiden tot David: Gij zult hier niet inkomen. David dan nog won den burg Sion, welke is de stad Davids.
6 Want David zeide: Al wie de Jebusieten het eerst slaat, zal tot een hoofd, en tot een overste worden. Toen beklom Joab, de zoon van Zeruja, dien het eerst; daarom werd hij tot een hoofd.
7 David nu woonde op den burg; daarom heet men dien de stad Davids.
8 En hij bouwde de stad rondom, van Millo af, en rondom henen; en Joab vernieuwde het overige der stad.
9 En David ging geduriglijk voort, en werd groot, want de HEERE der heirscharen was met hem.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.