1 Kronieken 21:27

27 En de HEERE zeide tot den engel, dat hij zijn zwaard weder in zijn schede steken zou.

1 Kronieken 21:27 Meaning and Commentary

1 Chronicles 21:27

(See Gill on 1 Chronicles 21:1).

1 Kronieken 21:27 In-Context

25 En David gaf aan Ornan voor die plaats zeshonderd gouden sikkelen van gewicht.
26 Toen bouwde David aldaar den HEERE een altaar, en hij offerde brandofferen en dankofferen. Als hij den HEERE aanriep, zo antwoordde Hij hem door vuur uit den hemel, op het brandofferaltaar.
27 En de HEERE zeide tot den engel, dat hij zijn zwaard weder in zijn schede steken zou.
28 Ter zelfder tijd, toen David zag, dat de HEERE hem geantwoord had op den dorsvloer van Ornan, den Jebusiet, zo offerde hij aldaar;
29 Want de tabernakel des HEEREN, dien Mozes in de woestijn gemaakt had, en het altaar des brandoffers, was te dier tijd op de hoogte te Gibeon.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.