1 Kronieken 9:36

36 En Abdon was zijn eerstgeboren zoon, daarna Zur, en Kis, en Baal, en Ner, en Nadab.

1 Kronieken 9:36 Meaning and Commentary

1 Chronicles 9:36

(See Gill on 1 Chronicles 9:35).

1 Kronieken 9:36 In-Context

34 Dit zijn de hoofden der vaderen onder de Levieten, hoofden in hun geslachten; dezen woonden te Jeruzalem.
35 Maar te Gibeon hadden gewoond Jeiel, de vader van Gibeon; de naam zijner zuster nu was Maacha.
36 En Abdon was zijn eerstgeboren zoon, daarna Zur, en Kis, en Baal, en Ner, en Nadab.
37 En Gedor, en Ahio, en Zacharja, en Mikloth.
38 Mikloth nu gewon Simeam; dezen woonden ook te Jeruzalem, tegenover hun broederen, met hun broederen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.