1 Samuël 25:29

29 Wanneer een mens opstaan zal om u te vervolgen, en om uw ziel te zoeken, zo zal de ziel mijns heren ingebonden zijn in het bundeltje der levenden bij den HEERE, uw God; maar de ziel uwer vijanden zal Hij slingeren uit het midden van de holligheid des slingers.

1 Samuël 25:29 Meaning and Commentary

1 Samuel 25:29

Yet a man is risen to pursue thee, and to seek thy soul
His life, to take it away, meaning Saul, whom she chose not to name, because he was king:

but the soul of my lord shall be bound up in the bundle of life with
the Lord thy God;
should be dear unto the Lord, precious in his esteem, and be carefully preserved by him, among other his chosen ones, and should be safe with him, in his hands, and under his care and keeping; the Jews refer this to eternal life in the world to come, and the safety and security of his soul hereafter; so the Targum,

``the soul of my lord shall be treasured up in the treasury of eternal life, before the Lord thy God:''

hence they speak of the souls of the righteous being laid up under the throne of glory ^F5, in proof of which they produce this text; and so Maimonides ^F6 understands it of what should be after death, see ( Revelation 6:9 ) ( Colossians 3:3 ) ;

and the souls of thine enemies, them shall he sling out, [as out] of
the middle of a sling;
that is, remove them swiftly and suddenly, and with force, out of the world, as a stone is slung out of the middle of a sling; see ( Jeremiah 10:18 ) .

---

FOOTNOTES:

F5 T. Bab. Sabbat, fol. 152. 2.
F6 Moreh Nevochim, par. 1. c. 41.

1 Samuël 25:29 In-Context

27 En nu, dit is de zegen, dien uw dienstmaagd mijn heer toegebracht heeft, dat hij gegeven worde den jongelingen, die mijns heren voetstappen nawandelen.

28 Vergeef toch aan uw dienstmaagd de overtreding, want de HEERE zal zekerlijk mijn heer een bestendig huis maken, dewijl mijn heer de oorlogen des HEEREN oorloogt, en geen kwaad bij u gevonden is van uw dagen af.

29 Wanneer een mens opstaan zal om u te vervolgen, en om uw ziel te zoeken, zo zal de ziel mijns heren ingebonden zijn in het bundeltje der levenden bij den HEERE, uw God; maar de ziel uwer vijanden zal Hij slingeren uit het midden van de holligheid des slingers.

30 En het zal geschieden, als de HEERE mijn heer naar al het goede doen zal, dat Hij over u gesproken heeft, en Hij u gebieden zal een voorganger te zijn over Israel;

31 Zo zal dit u, mijn heer, niet zijn tot wankeling, noch aanstoot des harten, te weten, dat gij bloed zonder oorzaak zoudt vergoten hebben, en dat mijn heer zichzelven zou verlost hebben; en als de HEERE mijn heer weldoen zal, zo zult gij uwer dienstmaagd gedenken.