2 Corinthiërs 7:8

8 Want hoewel ik u in den zendbrief bedroefd heb, het berouwt mij niet, hoewel het mij berouwd heeft; want ik zie, dat dezelve zendbrief, hoewel voor een kleinen tijd, u bedroefd heeft.

2 Corinthiërs 7:8 Meaning and Commentary

2 Corinthians 7:8

For though I made you sorry with a letter
His former epistle, relating to the incestuous person:

I do not repent, though I did repent;
not of writing the letter, which was wrote by divine inspiration; but of the sorrow occasioned by it, though now he did not repent of that:

for I perceive that the same epistle made you sorry, though it were
but for a season;
inasmuch as the sorrow was true, hearty, and genuine, though it was but for a time, the apostle was entirely satisfied, and the more pleased, because of its brevity, since it was sincere.

2 Corinthiërs 7:8 In-Context

6 Doch God, Die de nederigen vertroost, heeft ons getroost door de komst van Titus.
7 En niet alleen door zijn komst, maar ook door de vertroosting, met welke hij over u vertroost is geweest, als hij ons verhaalde uw verlangen, uw kermen, uw ijver voor mij; alzo dat ik te meer verblijd ben geweest.
8 Want hoewel ik u in den zendbrief bedroefd heb, het berouwt mij niet, hoewel het mij berouwd heeft; want ik zie, dat dezelve zendbrief, hoewel voor een kleinen tijd, u bedroefd heeft.
9 Nu verblijde ik mij, niet omdat gij bedroefd zijt geweest, maar omdat gij bedroefd zijt geweest tot bekering; want gij zijt bedroefd geweest naar God, zodat gij in geen ding schade van ons geleden hebt.
10 Want de droefheid naar God werkt een onberouwelijke bekering tot zaligheid; maar de droefheid der wereld werkt den dood.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.