2 Koningen 23:3

3 De koning nu stond aan den pilaar, en maakte een verbond voor des HEEREN aangezicht, om den HEERE na te wandelen, en Zijn geboden, en Zijn getuigenissen, en Zijn inzettingen met ganser harte en met ganser ziele te houden, bevestigende de woorden dezes verbonds, die in dit boek geschreven zijn. En het ganse volk stond in dit verbond.

2 Koningen 23:3 Meaning and Commentary

2 Kings 23:3

And the king stood by a pillar
As the manner of kings was, ( 2 Kings 11:14 ) and is thought to be the brasen scaffold erected by Solomon, on which he stood at the dedication of the temple, and now Josiah at the reading of the law, ( 2 Chronicles 6:13 ) , it is said to be his place, ( 2 Chronicles 34:31 ) , (See Gill on 2 Kings 11:14)

and made a covenant before the Lord:
agreed and promised in the presence of God, both he and his people:

to walk after the Lord:
the worship of the Lord, as the Targum; closely to attend to that:

and to keep his commandments, and his testimonies, and his statutes:
all the laws of God, moral, civil, and ceremonial:

with all their heart, and all their soul:
cordially and sincerely:

to perform the words of the covenant that were written in this book:
lately found, and now read unto them:

and all the people stood to the covenant:
agreed to it, and promised to keep it; so the Targum,

``all the people took upon them the covenant,''

engaged to observe it.

2 Koningen 23:3 In-Context

1 Toen zond de koning henen, en tot hem verzamelden al de oudsten van Juda en Jeruzalem.
2 En de koning ging op in het huis des HEEREN, en met hem alle inwoners van Jeruzalem, en de priesters en de profeten, en al het volk, van den minste tot den meeste; en hij las voor hun oren al de woorden van het boek des verbonds, dat in het huis des HEEREN gevonden was.
3 De koning nu stond aan den pilaar, en maakte een verbond voor des HEEREN aangezicht, om den HEERE na te wandelen, en Zijn geboden, en Zijn getuigenissen, en Zijn inzettingen met ganser harte en met ganser ziele te houden, bevestigende de woorden dezes verbonds, die in dit boek geschreven zijn. En het ganse volk stond in dit verbond.
4 En de koning gebood den hogepriester Hilkia, en den priesteren der tweede ordening, en den dorpelbewaarders, dat zij uit den tempel des HEEREN alle gereedschap, dat voor Baal, en voor het beeld van het bos, en voor al het heir des hemels gemaakt was, uitbrengen zouden; en hij verbrandde dat buiten Jeruzalem in de velden van Kidron, en liet het stof daarvan naar Beth-El dragen
5 Daartoe schafte hij de Chemarim af, die de koningen van Juda gesteld hadden, opdat men roken zou op de hoogten, in de steden van Juda, en rondom Jeruzalem, mitsgaders, die voor Baal, de zon, en de maan, en de andere planeten, en al het heir des hemels rookten.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.