2 Samuël 13:21

21 Als de koning David al deze dingen hoorde, zo ontstak hij zeer.

2 Samuël 13:21 Meaning and Commentary

2 Samuel 13:21

But when King David heard of all these things
Of Amnon's ravishing Tamar, and turning her out of doors in that inhuman manner he did, and of her distress upon it:

he was very wroth;
with Amnon; but we read not of any reproof he gave him, nor of any punishment inflicted on him by him. Abarbinel thinks the reason why he was not punished was because his sin was not cognizable by a court of judicature, nor was punishable by any way, or with any kind of death inflicted by the sanhedrim, as stoning, burning, &c. nor even by scourging, because there were no witnesses; but the punishment of it was cutting off, i.e. by the hand of God. The Jews say

---

FOOTNOTES:

F5 a law was made on this, that virgins or unmarried persons should not be alone; for if this was done to the daughter of a king, much more might it be done to the daughter of a private man; and if to a modest person, much more to an impudent one.

F5 T. Bab. Sanhedrin, fol. 21. 1.

2 Samuël 13:21 In-Context

19 Toen nam Thamar as op haar hoofd, en scheurde den veelvervigen rok, dien zij aanhad; en zij legde haar hand op haar hoofd, en ging vast henen en kreet.

20 En haar broeder Absalom zeide tot haar: Is uw broeder Amnon bij u geweest? Nu dan, mijn zuster, zwijg stil, hij is uw broeder; zet uw hart niet op deze zaak. Alzo bleef Thamar en was eenzaam in het huis van haar broeder Absalom.

21 Als de koning David al deze dingen hoorde, zo ontstak hij zeer.

22 Doch Absalom sprak niet met Amnon, noch kwaad noch goed; maar Absalom haatte Amnon, ter oorzake dat hij zijn zuster Thamar verkracht had.

23 En het geschiedde, na twee volle jaren, dat Absalom, schaaps scheerders had te Baal-Hazor, dat bij Efraim is; zo nodigde Absalom al des konings zonen.