Deuteronomium 11:1

1 Daarom zult gij den HEERE, uw God, liefhebben, en gij zult te allen dage onderhouden Zijn bevel, en Zijn inzettingen, en Zijn rechten, en Zijn geboden.

Deuteronomium 11:1 Meaning and Commentary

Deuteronomy 11:1

Therefore thou shalt love the Lord thy God
Because he is so great and glorious in himself, and because he had done such great and good things for them, the Israelites, particularly in the multiplication of them, the last thing mentioned:

and keep his charge;
whatsoever the Lord had charged them to observe, even what follow:

and his statutes and his judgments, and his commandments, alway;
all his laws, ceremonial, judicial, and moral; and that constantly and continually, all the days of their lives.

Deuteronomium 11:1 In-Context

1 Daarom zult gij den HEERE, uw God, liefhebben, en gij zult te allen dage onderhouden Zijn bevel, en Zijn inzettingen, en Zijn rechten, en Zijn geboden.
2 En gijlieden zult heden weten, dat ik niet spreek met uw kinderen, die het niet weten, en de onderwijzing des HEEREN, uws Gods, niet gezien hebben. Zijn grootheid, Zijn sterke hand en Zijn uitgestrekten arm;
3 Daartoe Zijn tekenen en Zijn daden, die Hij in het midden van Egypte gedaan heeft, aan Farao, den koning van Egypte, en aan zijn ganse land;
4 En wat Hij gedaan heeft aan het heir der Egyptenaren, aan deszelfs paarden en aan deszelfs wagenen; dat Hij de wateren van de Schelfzee boven hun aangezicht deed overzwemmen, als zij ulieden van achteren vervolgden; en de HEERE verdeed hen, tot op dezen dag.
5 En wat Hij ulieden gedaan heeft in de woestijn, totdat gij gekomen zijt aan deze plaats.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.