Deuteronomium 28:8

8 De HEERE zal den zegen gebieden, dat Hij met u zij in uw schuren, en in alles, waaraan gij uw hand slaat; en Hij zal u zegenen in het land, dat u de HEERE, uw God, geven zal.

Deuteronomium 28:8 Meaning and Commentary

Deuteronomy 28:8

The Lord shall command the blessing upon thee in thy
storehouses
Barns, granaries, and cellar, where their corn, wine, and oil, were laid up; by preserving the corn from being devoured by vermin, and the casks of wine and oil from bursting and running out: and in all thou settest thine hand unto;
in all their manufactures, occupations, and trades, in which they were employed, and in the culture of their vines, olives, and other fruit trees: and he shall bless thee in the land which the Lord thy God giveth
thee;
with health and long life in it, and with an abundance of all good things, it being a land flowing with milk and honey.

Deuteronomium 28:8 In-Context

6 Gezegend zult gij zijn in uw ingaan, gezegend zult gij zijn in uw uitgaan.
7 De HEERE zal geven uw vijanden, die tegen u opstaan, geslagen voor uw aangezicht; door een weg zullen zij tot u uittrekken, maar door zeven wegen zullen zij voor uw aangezicht vlieden.
8 De HEERE zal den zegen gebieden, dat Hij met u zij in uw schuren, en in alles, waaraan gij uw hand slaat; en Hij zal u zegenen in het land, dat u de HEERE, uw God, geven zal.
9 De HEERE zal u Zichzelven tot een heilig volk bevestigen, gelijk als Hij u gezworen heeft, wanneer gij de geboden des HEEREN, uws Gods, zult houden, en in Zijn wegen wandelen.
10 En alle volken der aarde zullen zien, dat de Naam des HEEREN over u genoemd is, en zij zullen voor u vrezen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.