Exodus 8:30

30 Toen ging Mozes uit van Farao, en bad vuriglijk tot den HEERE.

Exodus 8:30 Meaning and Commentary

Exodus 8:30

And Moses went out from Pharaoh, and entreated the Lord.
] He did as he promised he would, and prayed to the Lord to remove the flies from Pharaoh and his people.

Exodus 8:30 In-Context

28 Toen zeide Farao: Ik zal u trekken laten, dat gijlieden den HEERE, uwen God, offert in de woestijn; alleen, dat gijlieden in het gaan geenszins te verre trekt! Bidt vuriglijk voor mij.
29 Mozes nu zeide: Zie, ik ga van u, en zal tot den HEERE vuriglijk bidden, dat deze vermenging van ongedierte van Farao, van zijn knechten, en van zijn volk morgen wegwijke! Alleen, dat Farao niet meer bedriegelijk handele, dit volk niet latende gaan, om den HEERE te offeren.
30 Toen ging Mozes uit van Farao, en bad vuriglijk tot den HEERE.
31 En de HEERE deed naar het woord van Mozes, en de vermenging van ongedierte week van Farao, van zijn knechten, en van zijn volk; er bleef niet een over.
32 Doch Farao verzwaarde zijn hart ook op ditmaal, en hij liet het volk niet trekken.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.