Ezechiël 40:34

34 En haar voorhuizen waren aan het buitenste voorhof; ook waren er palmbomen aan haar posten, van deze en van gene zijde; en haar opgangen waren van acht trappen.

Ezechiël 40:34 Meaning and Commentary

Ezekiel 40:34

And the arches thereof were toward the outward court
As those of the south gate, ( Ezekiel 40:31 ) , and the palm trees on the posts, and the steps up to it, the same as there.

Ezechiël 40:34 In-Context

32 Daarna bracht hij mij tot het binnenste voorhof, den weg naar het oosten; en hij mat de poort, naar deze maten;
33 Ook haar kamertjes, en haar posten, en haar voorhuizen naar deze maten; en zij had vensteren ook aan haar voorhuizen, rondom henen; de lengte was vijftig ellen, en de breedte vijf en twintig ellen.
34 En haar voorhuizen waren aan het buitenste voorhof; ook waren er palmbomen aan haar posten, van deze en van gene zijde; en haar opgangen waren van acht trappen.
35 Daarna bracht hij mij tot de noorderpoort; en hij mat naar deze maten.
36 Haar kamertjes, haar posten en haar voorhuizen; ook had zij vensteren rondom henen; de lengte was vijftig ellen, en de breedte vijf en twintig ellen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.