Genesis 38:23

23 Toen zeide Juda: Zij neme het voor zich, opdat wij misschien niet tot verachting worden; zie, ik heb deze bok gezonden; maar gij hebt haar niet gevonden.

Genesis 38:23 Meaning and Commentary

Genesis 38:23

And Judah said, let her take [it] to her
The pledge, and make no further inquiry after her; lest we be shamed;
Judah for committing fornication, which even among Heathens, at least at that time of day, was reckoned a shameful action; and be laughed at also, for committing such a pledge to an whore, who had tricked him out of it; and his friend Hirah for conniving at the sin, and being employed on such an errand: behold, I sent this kid, and thou hast not found her:
who could be a witness for him, if there should be any occasion, that he was faithful to his promise.

Genesis 38:23 In-Context

21 En hij vraagde de lieden van haar plaats, zeggende: Waar is de hoer, die bij deze twee fonteinen aan den weg was? En zij zeiden: Hier is geen hoer geweest.
22 En hij keerde weder tot Juda, en zeide: Ik heb haar niet gevonden; en ook zeiden de lieden van die plaats: Hier is geen hoer geweest.
23 Toen zeide Juda: Zij neme het voor zich, opdat wij misschien niet tot verachting worden; zie, ik heb deze bok gezonden; maar gij hebt haar niet gevonden.
24 En het geschiedde omtrent na drie maanden, dat men Juda te kennen gaf, zeggende: Thamar, uw schoondochter, heeft gehoereerd, en ook zie, zij is zwanger van hoererij. Toen zeide Juda: Breng ze hervoor, dat zij verbrand worde!
25 Als zij voorgebracht werd, schikte zij tot haar schoonvader, om te zeggen: Bij den man, wiens deze dingen zijn, ben ik zwanger; en zij zeide: Beken toch, wiens deze zegelring, en deze snoeren, en deze staf zijn.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.