Handelingen 2:45

45 En zij verkochten hun goederen en have, en verdeelden dezelve aan allen, naar dat elk van node had.

Handelingen 2:45 Meaning and Commentary

Acts 2:45

And sold their possessions and goods.
&c.] Their houses and lands, their fields and vineyards, their goods, moveable or immoveable:

and parted them to all men;
that were of their society, not to others:

as every man had need:
the rich sold their estates, and divided them among the poor, or gave them such a portion thereof as their present exigencies required. This was done by Jews, and by Jews only; who, when they embraced the Gospel of Christ, were informed that the destruction of their city, and nation, was at hand; and therefore they sold their estates before hand, and put them to this use; which was necessary to be done, both for the support of the Gospel in Judea, and for the carrying and spreading of it among the Gentiles: but is not to be drawn into a precedent, or an example in after times; nor is ever any such thing proposed to the Christian churches, or exhorted to by any of the apostles.

Handelingen 2:45 In-Context

43 En een vreze kwam over alle ziel; en vele wonderen en tekenen geschiedden door de apostelen.
44 En allen, die geloofden, waren bijeen, en hadden alle dingen gemeen;
45 En zij verkochten hun goederen en have, en verdeelden dezelve aan allen, naar dat elk van node had.
46 En dagelijks eendrachtelijk in den tempel volhardende, en van huis tot huis brood brekende, aten zij te zamen met verheuging en eenvoudigheid des harten;
47 En prezen God, en hadden genade bij het ganse volk. En de Heere deed dagelijks tot de Gemeente, die zalig werden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.