Handelingen 27:18

18 En alzo wij van het onweder geweldiglijk geslingerd werden, deden zij den volgende dag een uitworp;

Handelingen 27:18 Meaning and Commentary

Acts 27:18

And we being exceedingly tossed with a tempest
Sometimes being lifted up as it were to the heavens, and then presently sinking down, as if they were going into the bottom of the sea; such a condition at sea is described to the life by the Psalmist, in ( Psalms 107:25-27 ) .

the next day they lightened the ship;
of its burden, its lading, the goods and merchandise that were in it; as the mariners did in the ship in which Jonah was, ( Jonah 1:5 ) the Ethiopic version renders it, "they cast the goods into the sea"; the Arabic version, the "merchandise".

Handelingen 27:18 In-Context

16 En lopende onder een zeker eilandje, genaamd Klauda, konden wij nauwelijks de boot machtig worden.

17 Dewelke opgehaald hebbende, gebruikten zij alle behulpselen, het schip ondergordende; en alzo zij vreesden, dat zij op de droogte Syrtis vervallen zouden, streken zij het zeil, en dreven alzo henen.

18 En alzo wij van het onweder geweldiglijk geslingerd werden, deden zij den volgende dag een uitworp;

19 En den derden dag wierpen wij met onze eigen handen het scheepsgereedschap uit.

20 En als noch zon noch gesternten verschenen in vele dagen, en geen klein onweder ons drukte, zo werd ons voort alle hoop van behouden te worden benomen.