Handelingen 27:24

24 Zeggende: Vrees niet, Paulus, gij moet voor den keizer gesteld worden; en zie, God heeft u geschonken allen, die met u varen.

Handelingen 27:24 Meaning and Commentary

Acts 27:24

Saying, fear not, Paul
For though the apostle knew and believed he should go to Rome, and appear before Caesar, to whom he had appealed, and where he should bear a testimony for Christ; and though he had previous notice of this storm, and of the loss and damage which should be sustained, and which he expected; yet the flesh was weak, and he might be under some fears and misgivings of heart, for these sometimes attend the best of men.

Thou must be brought before Caesar;
as has been declared, and therefore cannot be lost in this storm; it is the will and decree of God, which cannot be frustrated, it must be:

and lo, God hath given thee all them that sail with thee;
that is, God had determined to save the whole ship's company for his sake, and in answer to his prayers, which he had been putting up for them; the Lord had heard him, and granted his request, and would save them all on his account: so sometimes God saves a nation, a city, a body of men, even of ungodly men, for the sake of a few that fear his name, who are among them.

Handelingen 27:24 In-Context

22 Doch alsnu vermaan ik ulieden goedsmoeds te zijn; want er zal geen verlies geschieden van iemands leven onder u, maar alleen van het schip.
23 Want dezen zelfden nacht heeft bij mij gestaan een engel Gods, Wiens ik ben, Welken ook ik dien,
24 Zeggende: Vrees niet, Paulus, gij moet voor den keizer gesteld worden; en zie, God heeft u geschonken allen, die met u varen.
25 Daarom zijt goedsmoeds, mannen, want ik geloof Gode, dat het alzo zijn zal, gelijkerwijs het mij gezegd is.
26 Doch wij moeten op een zeker eiland vervallen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.