Handelingen 27:9

9 En als veel tijd verlopen, en de vaart nu zorgelijk was, omdat ook de vasten nu voorbij was, vermaande hen Paulus,

Handelingen 27:9 Meaning and Commentary

Acts 27:9

Now when much time was spent
In sailing against the wind, or by staying at the Fair Havens; for so the Syriac version renders it, "where we stayed a long time"; and the Ethiopic version, "and there we remained many days": it follows,

and when sailing was now dangerous, because the fast was now already
past;
the Syriac version reads, "the fast of the Jews"; this was the day of atonement, which was the grand fast of the Jews, on which day they afflicted their souls, ( Leviticus 23:27 ) in memory of the worshipping of the golden calf; on that day they neither eat nor drink, nor do any work, neither do they wash, nor are they anointed, nor do they bind on their shoes, or make use of the marriage bed; nor do they read anything but sorrowful things, as the Lamentations of Jeremiah, until the setting of the sun, and the rising of the stars; and hence this day is called by them (Mwu Mwy) , "the day of fasting", and (lwdgh Mwu) , "the great fast, and the day of the fast of atonement, and the fast of the atonement" F11: now this day was on the 10th of the month Tisri, which answers to the latter part of our September, and the former part of October; so that it was now Michaelmas time, when winter was coming on, and sailing began to be dangerous; about this time of the year the Pleiades set, which brings on tempestuous weather, and unfit for sailing:

Paul admonished them,
or gave them some advice to continue where they were.


FOOTNOTES:

F11 Vid. Schindler. Lex. Pentaglott. p. 890. & Maimon. Shebitat Ashur, c. 1. sect. 1, 4, 5, 6. & Misa. Yoma, c. 8. sect. 1.

Handelingen 27:9 In-Context

7 En als wij vele dagen langzaam voortvoeren, en nauwelijks tegenover Knidus gekomen waren, overmits het ons de wind niet toeliet, zo voeren wij onder Kreta heen, tegenover Salmone.
8 En hetzelve nauwelijks voorbij zeilende, kwamen wij in een zekere plaats genaamd Schonehavens, waar de stad Lasea nabij was.
9 En als veel tijd verlopen, en de vaart nu zorgelijk was, omdat ook de vasten nu voorbij was, vermaande hen Paulus,
10 En zeide tot hen: Mannen, ik zie, dat de vaart zal geschieden met hinder en grote schade, niet alleen van de lading en van het schip, maar ook van ons leven.
11 Doch de hoofdman geloofde meer den stuurman en den schipper, dan hetgeen van Paulus gezegd werd.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.