Handelingen 4:34

34 Want er was ook niemand onder hen, die gebrek had; want zovelen als er bezitters waren van landen of huizen, die verkochten zij, en brachten den prijs der verkochte goederen, en legden dien aan de voeten der apostelen.

Handelingen 4:34 Meaning and Commentary

Acts 4:34

Neither was there any among them that lacked
Bread to eat, or clothes to wear, or any of the necessaries of life; which shows their great charity, and gives a reason why they were in so much favour with the people, because they took so much care of their poor; and this flowed from the grace of God bestowed upon them:

for as many as were possessors of lands and houses;
or "vineyards", as the Ethiopic version reads, whether in Jerusalem or elsewhere;

sold them and brought the prices of the things that were sold;
whether lands, houses, or vineyards.

Handelingen 4:34 In-Context

32 En de menigte van degenen, die geloofden, was een hart en een ziel; en niemand zeide, dat iets van hetgeen hij had, zijn eigen ware, maar alle dingen waren hun gemeen.
33 En de apostelen gaven met grote kracht getuigenis van de opstanding van den Heere Jezus; en er was grote genade over hen allen.
34 Want er was ook niemand onder hen, die gebrek had; want zovelen als er bezitters waren van landen of huizen, die verkochten zij, en brachten den prijs der verkochte goederen, en legden dien aan de voeten der apostelen.
35 En aan een iegelijk werd uitgedeeld, naar dat elk van node had.
36 En Joses, van de apostelen toegenaamd Barnabas (hetwelk is, overgezet zijnde, een zoon der vertroosting), een Leviet, van geboorte uit Cyprus,
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.