Jeremia 17:20

20 En zeg tot hen: Hoort des HEEREN woord, gij koningen van Juda, en gans Juda, en alle inwoners van Jeruzalem, die door deze poorten ingaat!

Jeremia 17:20 Meaning and Commentary

Jeremiah 17:20

And say unto them, hear ye the word of the Lord
Concerning the sanctification of the sabbath; for this was not of human, but of divine institution:

ye kings of Judah;
which must be understood either, as Kimchi thinks, of the then present king and his sons, so called because they would reign after him; for, there was but one king at a time; and who, perhaps, at this time, was Josiah: or else the king and his nobles, the princes of the land, are meant:

and all Judah and all the inhabitants of Jerusalem, that enter in by
these gates;
the people in the several parts of the land of Judea, that came to Jerusalem either for trade and merchandise, or for worship, and all that dwelt in the metropolis; for the business the prophet had to charge them with concerned them all.

Jeremia 17:20 In-Context

18 Laat mijn vervolgers beschaamd worden, maar laat mij niet beschaamd worden; laat hen verschrikt worden, maar laat mij niet verschrikt worden; breng over hen den dag des kwaads, en verbreek hen met een dubbele verbreking.
19 Alzo heeft de HEERE tot mij gezegd: Ga henen en sta in de poort van de kinderen des volks, door dewelke de koningen van Juda ingaan, en door dewelke zij uitgaan, ja, in alle poorten van Jeruzalem;
20 En zeg tot hen: Hoort des HEEREN woord, gij koningen van Juda, en gans Juda, en alle inwoners van Jeruzalem, die door deze poorten ingaat!
21 Zo zegt de HEERE: Wacht u op uw zielen, en draagt geen last op den sabbatdag, noch brengt in door de poorten van Jeruzalem.
22 Ook zult gijlieden geen last uitvoeren uit uw huizen op den sabbatdag, noch enig werk doen; maar gij zult den sabbatdag heiligen, gelijk als Ik uw vaderen geboden heb.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.