Jeremia 9:14

14 Maar hebben gewandeld naar het goeddunken huns harten, en naar de Baals, hetwelk hun vaders hun geleerd hadden.

Jeremia 9:14 Meaning and Commentary

Jeremiah 9:14

But have walked after the imagination of their own heart
What their own hearts devised, chose, and were best pleased with; (See Gill on Jeremiah 7:24), and after Baalim;
the idols of the Gentiles; these they served and worshipped, and not the true God: which their fathers taught them;
which was so far from excusing them, that it was an aggravation of their sin, that they had continued in their wicked ways and idolatrous practices, from age to age, from one generation to another. This then was the cause of their calamity and destruction; they had forsaken the law of the Lord, and had broken that; they had chose their own ways, and had been guilty of idolatrous practices time out of mind; wherefore the Lord had shown much longsuffering and patience with them, and would now no longer forbear he was just and righteous in his doings.

Jeremia 9:14 In-Context

12 Wie is de wijze man, die dit versta? En tot wien heeft de mond des HEEREN gesproken, dat hij het verkondige, waarom het land vergaan en afgebrand zij als een woestijn, dat er niemand doorgaat?
13 En de HEERE zeide: Omdat zij Mijn wet, die Ik voor hun aangezicht gegeven had, verlaten hebben, en naar Mijn stem niet gehoord, noch daarnaar gewandeld hebben;
14 Maar hebben gewandeld naar het goeddunken huns harten, en naar de Baals, hetwelk hun vaders hun geleerd hadden.
15 Daarom zegt de HEERE der heirscharen, de God Israels, alzo: Ziet, Ik zal dit volk spijzen met alsem, en Ik zal hen drenken met gallewater;
16 En Ik zal hen verstrooien onder de heidenen, die zij niet gekend hebben, zij noch hun vaders; en Ik zal het zwaard achter hen zenden, totdat Ik hen verteerd zal hebben.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.