Jesaja 1:14

14 Uw nieuwe maanden en uw gezette hoogtijden haat Mijn ziel, zij zijn Mij tot een last; Ik ben moede geworden, die te dragen.

Jesaja 1:14 Meaning and Commentary

Isaiah 1:14

Your new moons and your appointed feasts my soul hateth,
&c.] The Targum is,

``my Word abhorreth;''
the Messiah, the essential Word. These are the same as before. They are a trouble unto me;
as they were kept and observed, either when they should not, or in a manner unbecoming: I am weary to bear [them];
because of the sins with which they made him to serve, ( Isaiah 43:24 ) .

Jesaja 1:14 In-Context

12 Wanneer gijlieden voor Mijn aangezicht komt te verschijnen, wie heeft zulks van uw hand geeist, dat gij Mijn voorhoven betreden zoudt?
13 Brengt niet meer vergeefs offer, het reukwerk is Mij een gruwel; de nieuwe maanden, en sabbatten, en het bijeenroepen der vergaderingen vermag Ik niet, het is ongerechtigheid, zelfs de verbodsdagen.
14 Uw nieuwe maanden en uw gezette hoogtijden haat Mijn ziel, zij zijn Mij tot een last; Ik ben moede geworden, die te dragen.
15 En als gijlieden uw handen uitbreidt, verberg Ik Mijn ogen voor u; ook wanneer gij het gebed vermenigvuldigt, hoor Ik niet; want uw handen zijn vol bloed.
16 Wast u, reinigt u, doet de boosheid uwer handelingen van voor Mijn ogen weg, laat af van kwaad te doen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.