Jesaja 65:6

6 Ziet, het is voor Mijn aangezicht geschreven; Ik zal niet zwijgen, maar Ik zal vergelden, ja, in hun boezem zal Ik vergelden;

Jesaja 65:6 Meaning and Commentary

Isaiah 65:6

Behold, it is written before me
This account of their sins; it was in his sight and constant remembrance, and punishment for them was determined by him, written in the book of his decrees: I will not keep silence;
but threaten with destruction, and not only threaten, but execute; plead against them really, as well as verbally, with sore judgments: but will recompense, even recompense into their bosom;
full and just recompence of punishment for all their transgressions, as it follows. The Targum is,

``I will recompense to them the vengeance of their sins, and deliver their bodies to the second death.''

Jesaja 65:6 In-Context

4 Zittende bij de graven, zo vernachten zij bij degenen, die bewaard worden, etende zwijnenvlees, en er is sap van gruwelijke dingen in hun vaten.
5 Die daar zeggen: Houd u tot uzelven, en naak tot mij niet, want ik ben heiliger dan gij. Dezen zijn een rook in Mijn neus, een vuur, den gansen dag brandende.
6 Ziet, het is voor Mijn aangezicht geschreven; Ik zal niet zwijgen, maar Ik zal vergelden, ja, in hun boezem zal Ik vergelden;
7 Uw ongerechtigheden, en uwer vaderen ongerechtigheden tegelijk, zegt de HEERE, die gerookt hebben op de bergen, en Mij smaadheid aangedaan hebben op de heuvelen; daarom zal Ik hun vorig werkloon in hun boezem weder toemeten.
8 Alzo zegt de HEERE: Gelijk wanneer men most in een bos druiven vindt, men zegt: Verderf ze niet, want er is een zegen in; alzo zal Ik het om Mijner knechten wil doen, dat Ik hen niet allen verderve.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.