Lukas 13:14

14 En de overste der synagoge, kwalijk nemende, dat Jezus op den sabbat genezen had, antwoordde en zeide tot de schare: Er zijn zes dagen, in welke men moet werken; komt dan in dezelve, en laat u genezen, en niet op den dag des sabbats.

Lukas 13:14 Meaning and Commentary

Luke 13:14

And the ruler of the synagogue
For there never was but one in a synagogue, whatever some writers have observed to the contrary; (See Gill on Matthew 9:18) the Ethiopic version reads, "the chief priests", but wrongly; these dwelt at Jerusalem, and in Galilee:

answered with indignation, because that Jesus had healed on the
sabbath day;
his indignation was at Christ, and the miracle he had wrought, being filled with envy at the honour it would bring unto him; though he covered it under pretence of its being a violation of the sabbath, and that it ought not to have been done on such a day, and in such a place, which were appropriated not to servile works, but to religious worship;

and said unto the people;
over whom he had an authority, and who stood in awe of him, because of his office and dignity; and not daring to attack Christ himself, at least not directly, though he struck at him through the people, whose doctrine and miracles were so extraordinary.

There are six days which men ought to work, in them therefore
come and be healed, and not on the sabbath day;
referring to the fourth command: but this observation and reproof were impertinent and needless, for the people did not come to be healed; for ought appears, the cure was unthought of and unexpected; nor was healing, especially as performed by Christ, by a word and a touch, a servile work, and therefore could not be any breach of the law referred to. The Ethiopic version reads, "is there not a sixth day?----come on that day"; the day before the sabbath.

Lukas 13:14 In-Context

12 En Jezus, haar ziende, riep haar tot Zich, en zeide tot haar: Vrouw, gij zijt verlost van uw krankheid.
13 En Hij legde de handen op haar; en zij werd terstond weder recht, en verheerlijkte God.
14 En de overste der synagoge, kwalijk nemende, dat Jezus op den sabbat genezen had, antwoordde en zeide tot de schare: Er zijn zes dagen, in welke men moet werken; komt dan in dezelve, en laat u genezen, en niet op den dag des sabbats.
15 De Heere dan antwoordde hem en zeide: Gij geveinsde, maakt niet een iegelijk van u op den sabbat zijn os of ezel van de kribbe los, en leidt hem heen om te doen drinken?
16 En deze, die een dochter Abrahams is, welke de satan, ziet, nu achttien jaren gebonden had, moest die niet losgemaakt worden van dezen band, op den dag des sabbats?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.