Lukas 22:21

21 Doch ziet, de hand desgenen, die Mij verraadt, is met Mij aan de tafel.

Lukas 22:21 Meaning and Commentary

Luke 22:21

But behold the hand of him that betrayeth me
By the "hand" is meant, not figuratively the counsel, contrivance, and conspiracy of Judas to betray him, as the word is used in ( 2 Samuel 14:19 ) but literally the hand of Judas, which was then dipping in the dish with Christ, ( Matthew 26:23 ) and it follows here, is with me on the table;
and is an aggravation of his sin, that one that sat with him at his table, ate bread with him, and dipped his morsel in the same dish, should be the betrayer of him, according to the prophecy in ( Psalms 41:9 ) as well as describes and points at the person that should do this action, even one of his disciples; for which disciples, he had just now said, his body is given, and his blood is shed. The phrase, "with me", is left out in the Syriac and Persic versions. From Luke's account it appears most clearly, that Judas was not only at the passover, but at the Lord's supper, since this was said when both were over.

Lukas 22:21 In-Context

19 En Hij nam brood, en als Hij gedankt had, brak Hij het, en gaf het hun, zeggende: Dat is Mijn lichaam, hetwelk voor u gegeven wordt; doet dat tot Mijn gedachtenis.
20 Desgelijks ook den drinkbeker na het avondmaal, zeggende: Deze drinkbeker is het nieuwe testament in Mijn bloed, hetwelk voor u vergoten wordt.
21 Doch ziet, de hand desgenen, die Mij verraadt, is met Mij aan de tafel.
22 En de Zoon des mensen gaat wel heen, gelijk besloten is; doch wee dien mens, door welken Hij verraden wordt!
23 En zij begonnen onder elkander te vragen, wie van hen het toch mocht zijn, die dat doen zou.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.