Lukas 6:37

37 En oordeelt niet, en gij zult niet geoordeeld worden; verdoemt niet, en gij zult niet verdoemd worden; laat los, en gij zult losgelaten worden.

Lukas 6:37 Meaning and Commentary

Luke 6:37

Judge not, and ye shall not be judged
(See Gill on Matthew 7:1).

Condemn not, and ye shall not be condemned;
censure not men's persons, and judge not their state, or adjudge them to condemnation, for every offence in practice, or because they differ in principle, lest you should be treated in like manner by others; and especially, lest you should fall under the righteous censure, judgment, and condemnation of God:

forgive;
offences and trespasses committed against you, bear with, and pass by injuries and affronts:

and ye shall be forgiven;
of God; (See Gill on Matthew 6:14).

Lukas 6:37 In-Context

35 Maar hebt uw vijanden lief, en doet goed, en leent, zonder iets weder te hopen; en uw loon zal groot zijn, en gij zult kinderen des Allerhoogsten zijn; want Hij is goedertieren over de ondankbaren en bozen.
36 Weest dan barmhartig, gelijk ook uw Vader barmhartig is.
37 En oordeelt niet, en gij zult niet geoordeeld worden; verdoemt niet, en gij zult niet verdoemd worden; laat los, en gij zult losgelaten worden.
38 Geeft, en u zal gegeven worden; een goede, neergedrukte, en geschudde en overlopende maat zal men in uw schoot geven; want met dezelfde maat, waarmede gijlieden meet, zal ulieden wedergemeten worden.
39 En Hij zeide tot hen een gelijkenis: Kan ook wel een blinde een blinde op den weg leiden? Zullen zij niet beiden in de gracht vallen?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.