Nehemia 6:1

1 Voorts is het geschied, als van Sanballat, en Tobia, en van Gesem, den Arabier, en van onze andere vijanden gehoord was, dat ik den muur gebouwd had, en dat geen scheur daarin was overgelaten; ook had ik tot dezen tijd toe de deuren niet opgezet in de poorten;

Nehemia 6:1 Meaning and Commentary

Nehemiah 6:1

Now it came to pass, when Sanballat and Tobiah, and Geshem
the Arabian, and the rest of our enemies, heard that I had builded
the wall
Quite finished it:

and that there was no breach left therein;
but all was made up firm and strong:

though at that time I had not set up the doors upon the gates;
not upon all of them, though some might by the particular builders of them; and they all of them might be ready made, though not as yet put upon the hinges.

Nehemia 6:1 In-Context

1 Voorts is het geschied, als van Sanballat, en Tobia, en van Gesem, den Arabier, en van onze andere vijanden gehoord was, dat ik den muur gebouwd had, en dat geen scheur daarin was overgelaten; ook had ik tot dezen tijd toe de deuren niet opgezet in de poorten;
2 Zo zond Sanballat, en Gesem, tot mij, om te zeggen: Kom en laat ons te zamen vergaderen in de dorpen, in het dal Ono. Maar zij dachten mij kwaad te doen.
3 En ik zond boden tot hen, om te zeggen: Ik doe een groot werk, zodat ik niet zal kunnen afkomen; waarom zou dit werk ophouden, terwijl ik het zou nalaten, en tot ulieden afkomen?
4 Zij zonden nu wel viermaal tot mij, op dezelfde wijze. En ik antwoordde hun op dezelfde wijze.
5 Toen zond Sanballat tot mij op dezelfde wijze, ten vijfden male, zijn jongen, met een open brief in zijn hand.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.