Psalmen 119:152

152 Van ouds heb ik geweten van Uw getuigenissen, dat Gij ze in eeuwigheid gegrond hebt.

Psalmen 119:152 Meaning and Commentary

Psalms 119:152

Concerning thy testimonies, I have known of old
Or, "from thy testimonies, I have known of old" ^F4: by carefully reading the Scriptures which testify of God, his mind an will, and frequently meditating on them, he had learned a long time ago, even from his youth, what follows,

that thou hast founded them for ever;
that the things contained in them are sure and certain, established and eternal truths; the moral law and the precepts of it are eternal, and of perpetual obligation; not one jot or tittle of them shall ever fail; the Gospel, and the truths of it, are everlasting, and shall ever remain; in spite of all the opposition, craft and cunning, fury and force of men, to undermine and root them out; see ( Psalms 119:89 ) .

---

FOOTNOTES:

F4 (Kytdem) "ex obtestationibus tuis", Tigurine version; so Cocceius, Gejerus.

Psalmen 119:152 In-Context

150 Die kwade praktijken najagen, genaken mij, zij wijken verre van Uw wet.

151 Maar Gij, HEERE! zijt nabij, en al Uw geboden zijn waarheid.

152 Van ouds heb ik geweten van Uw getuigenissen, dat Gij ze in eeuwigheid gegrond hebt.

153 Resch. Zie mijn ellende aan, en help mij uit, want Uw wet heb ik niet vergeten.

154 Twist mijn twistzaak, en verlos mij, maak mij levend, naar Uw toezegging.