Psalmen 40:1

1 Davids psalm, voor den opperzangmeester.

Psalmen 40:1 Meaning and Commentary

Psalms 40:1

I waited patiently for the Lord
Or "waiting I waited" {i}; which denotes continuance, constancy, and patience; and which Christ exercised in the garden, when he submitted himself entirely to the will of God; and on the cross, when he continued in sure hope and firm expectation of his help and assistance, though he was for a while forsaken by him; see ( Isaiah 50:7-9 ) ;

and he inclined unto me, and heard my cry;
both in the garden, by delivering him from fear of death; and on the cross, by upholding, helping, and assisting him, by carrying him through his sufferings and death, and raising him from the dead; see ( Isaiah 49:8 ) ( Hebrews 5:7 ) .


FOOTNOTES:

F9 (ytywq hwq) "expectando expectavi", Pagninus, Montanus, Vatablus Musculus, Rivetus, Gejerus, Michaelis; so Ainsworth.

Psalmen 40:1 In-Context

1 Davids psalm, voor den opperzangmeester.
2 Ik heb den HEERE lang verwacht; en Hij heeft Zich tot mij geneigd, en mijn geroep gehoord.
3 En Hij heeft mij uit een ruisenden kuil, uit modderig slijk opgehaald, en heeft mijn voeten op een rotssteen gesteld, Hij heeft mijn gangen vastgemaakt.
4 En Hij heeft een nieuw lied in mijn mond gegeven, een lofzang onzen Gode; velen zullen het zien, en vrezen, en op den HEERE vertrouwen.
5 Welgelukzalig is de man, die den HEERE tot zijn vertrouwen stelt, en niet omziet naar de hovaardigen, en die tot leugen afwijken.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.