Richtere 11:10

10 En de oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: De HEERE zij toehoorder tussen ons, indien wij niet alzo naar uw woord doen.

Richtere 11:10 Meaning and Commentary

Judges 11:10

And the elders of Gilead said unto Jephthah
Assenting to his proposal, and not only giving their word for it, but their oath:

the Lord be witness between us, if we do not so according to thy words;
that is, make him head over them; they appealed to the omniscient God, and called on him to be a witness of their agreement to it, and swore by him they would fulfil it; or if they did not, that the Lord would take vengeance on them for it, and punish the breach of this covenant and oath in some way or another; the Targum of Jonathan is,

``the Word of the Lord be a witness between us''

Richtere 11:10 In-Context

8 En de oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: Daarom zijn wij nu tot u wedergekomen, dat gij met ons trekt, en tegen de kinderen Ammons strijdt; en gij zult ons tot een hoofd zijn, over alle inwoners van Gilead.
9 Toen zeide Jeftha tot de oudsten van Gilead: Zo gijlieden mij wederhaalt, om te strijden tegen de kinderen Ammons, en de HEERE hen voor mijn aangezicht geven zal, zal ik u dan tot een hoofd zijn?
10 En de oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: De HEERE zij toehoorder tussen ons, indien wij niet alzo naar uw woord doen.
11 Alzo ging Jeftha met de oudsten van Gilead, en het volk stelde hem tot een hoofd en overste over zich. En Jeftha sprak al zijn woorden voor het aangezicht des HEEREN te Mizpa.
12 Voorts zond Jeftha boden tot den koning der kinderen Ammons, zeggende: Wat hebben ik en gij met elkander te doen, dat gij tot mij gekomen zijt, om tegen mijn land te krijgen?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.