Richtere 11:12

12 Voorts zond Jeftha boden tot den koning der kinderen Ammons, zeggende: Wat hebben ik en gij met elkander te doen, dat gij tot mij gekomen zijt, om tegen mijn land te krijgen?

Richtere 11:12 Meaning and Commentary

Judges 11:12

And Jephthah sent messengers unto the king of the children of
Ammon
Being now declared chief and sole governor of the tribes on the other side Jordan, he acted in character, and as such sent messengers to the king of the Ammonites, to know the reason of his invading the land that belonged to Israel, being desirous of adjusting things in an amicable way, and to prevent the shedding of blood; in which he behaved as a good man, and not at all inconsistent with a man of valour and courage:

saying, what hast thou to do with me;
to invade my land, and disturb my people, what have I or they done to give occasion for it?

that thou art come against me to fight in my land?
he speaks in the language of a governor, and as a man of spirit concerned for the good of his country, and determined to defend the rights and liberties of it.

Richtere 11:12 In-Context

10 En de oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: De HEERE zij toehoorder tussen ons, indien wij niet alzo naar uw woord doen.

11 Alzo ging Jeftha met de oudsten van Gilead, en het volk stelde hem tot een hoofd en overste over zich. En Jeftha sprak al zijn woorden voor het aangezicht des HEEREN te Mizpa.

12 Voorts zond Jeftha boden tot den koning der kinderen Ammons, zeggende: Wat hebben ik en gij met elkander te doen, dat gij tot mij gekomen zijt, om tegen mijn land te krijgen?

13 En de koning der kinderen Ammons zeide tot de boden van Jeftha: Omdat Israel, als hij uit Egypte optoog, mijn land genomen heeft, van de Arnon af tot aan de Jabbok, en tot aan de Jordaan; zo geef mij dat nu weder met vrede.

14 Maar Jeftha voer wijders voort, en zond boden tot den koning der kinderen Ammons.