Richtere 19:21

21 En hij bracht hem in zijn huis, en gaf aan de ezelen voeder; en hun voeten gewassen hebbende, zo aten en dronken zij.

Richtere 19:21 Meaning and Commentary

Judges 19:21

So he brought him into his house
Showed him the way to it, and in a kind and friendly manner introduced him, and bid him welcome:

and gave provender unto the asses;
this is mentioned first, it being then perhaps, as now, the first thing that a careful man is concerned for, to see that his cattle is taken care of, and then himself; and such a method this ancient good man took with his guest:

and they washed their feet;
which was commonly done to strangers in those hot countries, and was very refreshing, see ( Genesis 18:4 ) ( 19:2 )

and did eat and drink;
sat down at table and supped with him.

Richtere 19:21 In-Context

19 Daar toch onze ezelen zowel stro als voeder hebben, en ook brood en wijn is voor mij, en voor uw dienstmaagd, en voor de jongen, die bij uw knechten is; er is aan geen ding gebrek.
20 Toen zeide de oude man: Vrede zij u! al wat u ontbreekt, is toch bij mij; alleenlijk vernacht niet op de straat.
21 En hij bracht hem in zijn huis, en gaf aan de ezelen voeder; en hun voeten gewassen hebbende, zo aten en dronken zij.
22 Toen zij nu hun hart vrolijk maakten, ziet, zo omringden de mannen van die stad (mannen, die Belials kinderen waren) het huis, kloppende op de deur; en zij spraken tot den ouden man, den heer des huizes, zeggende: Breng den man, die in uw huis gekomen is, uit, opdat wij hem bekennen.
23 En de man, de heer des huizes, ging tot hen uit, en zeide tot hen: Niet, mijn broeders, doet toch zo kwalijk niet; naardien deze man in mijn huis gekomen is, zo doet zulke dwaasheid niet.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.