Psalmen 109:25

25 Nog ben ik hun een smaad; als zij mij zien, zo schudden zij hun hoofd.

Psalmen 109:25 Meaning and Commentary

Psalms 109:25

I became also a reproach unto them
Or they reproached him; not only in life, traducing his conversation, blaspheming his miracles, calling him a Samaritan, saying he had a devil, and charging him with sedition; but at the time of his death they reviled him, and treated him in the most opprobrious manner.

When they looked upon me, they shaked their heads;
which was verified in the Jews as they passed by the cross of Christ, whither they came to stare upon him and scoff at him, ( Matthew 27:39 ) .

Psalmen 109:25 In-Context

23 Ik ga heen gelijk een schaduw, wanneer zij zich neigt; ik worde omgedreven als een sprinkhaan.

24 Mijn knieen struikelen van vasten, en mijn vlees is vermagerd, zodat er geen vet aan is.

25 Nog ben ik hun een smaad; als zij mij zien, zo schudden zij hun hoofd.

26 Help mij, HEERE, mijn God! verlos mij naar Uw goedertierenheid.

27 Opdat zij weten, dat dit Uw hand is, dat Gij het, HEERE! gedaan hebt.