1 Koningen 17:12

12 Maar zij zeide: Zo waarachtig als de HEERE, uw God, leeft, indien ik een koek heb, dan alleen een hand vol meels in de kruik, en een weinig olie in de fles! En zie ik heb een paar houten gelezen, en ik ga heen, en zal het voor mij en voor mijn zoon bereiden, dat wij het eten, en sterven.

1 Koningen 17:12 Meaning and Commentary

1 Kings 17:12

And she said, as the Lord thy God liveth
Which shows her to be a good woman, swearing by the living God, and him only, and that she took Elijah to be a good man, and a prophet of the Lord:

I have not a cake;
greater or less, not a morsel of bread in the house:

but a handful of meal in a barrel, and a little oil in a cruse;
these separate and unmixed, and not made into a cake, and dressed as she intended to do with them:

and, behold, I am gathering two sticks;
or a few, which would be sufficient to bake such a quantity as her meal and oil would make; she speaks by the figure "meiosis", which expresses less than what is meant, as Ben Melech observes:

that I may go in and dress it for me, and my son, that we may eat it,
and die;
having nothing more left, and no expectation of any elsewhere, and the famine strong in the land; so that she could look for nothing but death after this was eaten.

1 Koningen 17:12 In-Context

10 Toen maakte hij zich op, en ging naar Zarfath. Als hij nu aan de poort der stad kwam, ziet, zo was daar een weduwvrouw, hout lezende; en hij riep tot haar, en zeide: Haal mij toch een weinig waters in dit vat, dat ik drinke.
11 Toen zij nu heenging om te halen, zo riep hij tot haar, en zeide: Haal mij toch ook een bete broods in uw hand.
12 Maar zij zeide: Zo waarachtig als de HEERE, uw God, leeft, indien ik een koek heb, dan alleen een hand vol meels in de kruik, en een weinig olie in de fles! En zie ik heb een paar houten gelezen, en ik ga heen, en zal het voor mij en voor mijn zoon bereiden, dat wij het eten, en sterven.
13 En Elia zeide tot haar: Vrees niet, ga heen, doe naar uw woord; maar maak mij vooreerst een kleinen koek daarvan, en breng mij dien hier uit; doch voor u en uw zoon zult gij daarna wat maken.
14 Want zo zegt de HEERE, de God Israels: Het meel van de kruik zal niet verteerd worden, en de olie der fles zal niet ontbreken, tot op den dag, dat de HEERE regen op den aardbodem geven zal.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.