1 Kronieken 4:17

17 En de kinderen van Ezra waren Jether, en Mered, en Efer, en Jalon; en zij baarde Mirjam, en Sammai, en Isbah, den vader van Esthemoa.

1 Kronieken 4:17 Meaning and Commentary

1 Chronicles 4:17

And the sons of Ezra
Who was perhaps the son of Asareel, last mentioned:

Jether, and Mered, and Epher, and Jalon;
only one of them, Mered, is after mentioned:

and she bare Miriam;
which is not the name of a woman, but of a man, as Kimchi observes; and, according to him, his mother was the wife of Mered, which he gathers from the next verse; though she seems to be the wife of Ezra, who bare him other sons:

and Shammai, and Ishbah the father of Eshtemoa;
a prince of a city in the tribe of Judah, so called, ( Joshua 15:50 ) ( 21:14 ) .

1 Kronieken 4:17 In-Context

15 De kinderen van Kaleb nu, den zoon van Jefunne, waren Iru, Ela en Naam; en de kinderen van Ela, te weten Kenaz.
16 En de kinderen van Jehalelel waren Zif en Zifa, Thirea en Asareel.
17 En de kinderen van Ezra waren Jether, en Mered, en Efer, en Jalon; en zij baarde Mirjam, en Sammai, en Isbah, den vader van Esthemoa.
18 En zijn Joodse huisvrouw baarde Jered, den vader van Gedor, en Heber, den vader van Socho, en Jekuthiel, den vader van Bitja, de dochter van Farao, die Mered genomen had.
19 En de kinderen van de huisvrouw Hodija, de zuster van Naham, waren Abi-Kehila, de Garmiet, en Esthemoa, de Maachathiet.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.