2 Samuël 20:17

17 Toen hij nu tot haar naderde, zeide de vrouw: Zijt gij Joab? En hij zeide: Ik ben het; en zij zeide tot hem: Hoor de woorden uwer dienstmaagd; en hij zeide: Ik hoor.

2 Samuël 20:17 Meaning and Commentary

2 Samuel 20:17

And when he was come near unto her
As he did, upon the information of his men, that a woman on the wall had something to say to him:

the woman said, [art] thou Joab?
she was willing to be satisfied that he was really the general, before she would impart her mind to him:

and he answered, I [am he];
the very person you ask after:

and she said unto him, hear the words of thine handmaid;
though a woman, vouchsafe to hear what I have to say:

and he answered, I do hear:
am ready to hear, and shall patiently and attentively hear whatever may be spoken; which was giving her leave and encouragement to proceed.

2 Samuël 20:17 In-Context

15 En zij kwamen en belegerden hem in Abel Beth-Maacha, en zij wierpen een wal op tegen de stad, dat hij aan den buitenmuur stond; en al het volk, dat met Joab was, verdorven den muur, om dien neder te vellen.
16 Toen riep een wijze vrouw uit de stad: Hoort, hoort, zegt toch tot Joab: Nader tot hiertoe, dat ik tot u spreke.
17 Toen hij nu tot haar naderde, zeide de vrouw: Zijt gij Joab? En hij zeide: Ik ben het; en zij zeide tot hem: Hoor de woorden uwer dienstmaagd; en hij zeide: Ik hoor.
18 Toen sprak zij, zeggende: In voortijden spraken zij gemeenlijk, zeggende: Zij zullen zonder twijfel te Abel vragen; en alzo volbrachten zij het.
19 Ik ben een van de vreedzamen, van de getrouwen in Israel, en gij zoekt te doden een stad, die een moeder is in Israel; waarom zoudt gij het erfdeel des HEEREN verslinden?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.