2 Samuël 20:5

5 En Amasa ging heen, om Juda bijeen te roepen; maar hij bleef achter, boven den gezetten tijd, dien hij hem gezet had.

2 Samuël 20:5 Meaning and Commentary

2 Samuel 20:5

So Amasa went to assemble [the men of] Judah
To gather, them together out of their several tribes, and bring them to Jerusalem:

but he tarried longer than the set time which he had appointed him:
than the three days; whether this was owing to the remissness of Amasa, or the unwillingness of the people to serve under him, who had been Absalom's general in the late rebellion, or not having time sufficient allowed him, is not certain.

2 Samuël 20:5 In-Context

3 Toen nu David in zijn huis te Jeruzalem kwam, nam de koning de tien vrouwen, zijn bijwijven, die hij gelaten had, om het huis te bewaren, en deed ze in een huis van bewaring, en onderhield ze, maar ging tot haar niet in. En zij waren opgesloten tot op den dag van haarlieder dood, levende als weduwen.
4 Voorts zeide de koning tot Amasa: Roep mij de mannen van Juda te zamen, tegen den derden dag; en gij, stel u dan hier.
5 En Amasa ging heen, om Juda bijeen te roepen; maar hij bleef achter, boven den gezetten tijd, dien hij hem gezet had.
6 Toen zeide David tot Abisai: Nu zal ons Seba, de zoon van Bichri, meer kwaads doen, dan Absalom; neem gij de knechten uws heren, en jaag hem achterna, opdat hij niet misschien vaste steden voor zich vinde, en zich aan onze ogen onttrekke.
7 Toen togen uit, hem achterna, de mannen van Joab, en de Krethi, en de Plethi, en al de helden. Dezen togen uit van Jeruzalem, om Seba, den zoon van Bichri, achterna te jagen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.