Exodus 6:9

9 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:

Exodus 6:9 Meaning and Commentary

Exodus 6:9

And Moses spake so unto the children of Israel
After this manner, and in the above words, declaring all that the Lord made known to him, and promised to do for them; which one would have thought would have revived their spirits, and refreshed and comforted their hearts under their troubles, and encouraged a lively exercise of faith and hope of deliverance: but they hearkened not unto Moses;
being disappointed of deliverance by him, and their afflictions being increased, and lying heavy upon them, they were heartless and hopeless; for anguish of spirit;
trouble of mind and grief of heart, with which they were swallowed up; or "for shortness of breath" ^F2, being so pressed that they could hardly breathe, and so were incapable of attending to what was spoken to them: and for cruel bondage;
under which they laboured, and from which they had scarce any respite, and saw no way of deliverance from it.

---

FOOTNOTES:

F2 (xwr ruqm) "ob brevem anhelitum", Munster.

Exodus 6:9 In-Context

7 En Ik zal ulieden brengen in dat land, waarover Ik Mijn hand opgeheven heb, dat Ik het aan Abraham, Izak, en Jakob geven zou; en Ik zal het ulieden geven tot een erfdeel, Ik, de HEERE!

8 En Mozes sprak alzo tot de kinderen Israels; doch zij hoorden naar Mozes niet, vanwege de benauwdheid des geestes, en vanwege de harde dienstbaarheid.

9 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:

10 Ga heen, spreek tot Farao, den koning van Egypte, dat hij de kinderen Israels uit zijn land trekken late.

11 Doch Mozes sprak voor den HEERE, zeggende: Zie, de kinderen Israels hebben naar mij niet gehoord; hoe zou mij dan Farao horen? daartoe ben ik onbesneden van lippen.