Genesis 31:52

52 Deze zelfde hoop zij getuige, en dit opgericht teken zij getuige, dat ik tot u voorbij deze hoop niet komen zal, en dat gij tot mij, voorbij deze hoop en dit opgericht teken, niet komen zult ten kwade!

Genesis 31:52 Meaning and Commentary

Genesis 31:52

This heap [be] witness
Agreeably to its name, which both he and Jacob gave unto it: and [this] pillar [be] witness:
which was set up for the same purpose: that I will not pass over this heap to thee, and that thou shalt not
pass over this heap and this pillar unto me, for harm;
not that these were to be the boundaries of their respective countries; for neither of them at present were possessed of lands that reached hither, if of any at all; nor that it would be a breach of covenant to pass over or by those, from one country into another, but so as to do, or with an intent to do, hurt to each other.

Genesis 31:52 In-Context

50 Zo gij mijn dochteren beledigt, en zo gij vrouwen neemt boven mijn dochteren, niemand is bij ons; zie toe, God zal getuige zijn tussen mij en tussen u!
51 Laban zeide voorts tot Jakob: Zie, daar is deze zelfde hoop, en zie, daar is dit opgericht teken, hetwelk ik opgeworpen heb tussen mij en tussen u;
52 Deze zelfde hoop zij getuige, en dit opgericht teken zij getuige, dat ik tot u voorbij deze hoop niet komen zal, en dat gij tot mij, voorbij deze hoop en dit opgericht teken, niet komen zult ten kwade!
53 De God van Abraham, en de God van Nahor, de God huns vaders richte tussen ons! En Jakob zwoer bij de Vreze zijn vaders Izaks.
54 Toen slachtte Jakob een slachting op dat gebergte, en hij nodigde zijn broederen, om brood te eten; en zij aten brood, en vernachtten op dat gebergte.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.