Jeremia 16:16

16 Ziet, Ik zal zenden tot veel vissers, spreekt de HEERE, die zullen hen vissen; en daarna zal Ik zenden tot veel jagers, die zullen hen jagen, van op allen berg, en van op allen heuvel, ja, uit de kloven der steenrotsen.

Jeremia 16:16 Meaning and Commentary

Jeremiah 16:16

Behold, I will send for many fishers, saith the Lord, and
they shall fish them
Which some understand of the Egyptians, who lived much on fish, and were much employed in catching them, to which the allusion is thought to be; but rather the Chaldeans are intended, whom God, by the secret instinct of his providence, brought up against the Jews; who besieged Jerusalem, and enclosed them in it, and took them as fishes in a net; see ( Habakkuk 1:14-17 ) , though some interpret this, and what follows, of the deliverance of the Jews by the Medes and Persians under Cyrus, who searched for them in all places, and sent them into their own land; or of Zerubbabel, and others with him, who used all means to persuade the Jews in the captivity to go with them, and build the house of the Lord in Jerusalem; and there are not wanting others, who by the "fishers" think the apostles are meant; who were fishers by occupation, and whom Christ made fishers of men, and sent forth to cast and spread the net of the Gospel in the several parts of Judea, for the conversion of some of that people; see ( Matthew 4:18 Matthew 4:19 ) ( Ezekiel 47:9 Ezekiel 47:10 ) : and after will l send for many hunters, and they shall hunt them from
every mountain, and from every hill, and out of the holes of the rocks;
either the same persons, the Chaldeans, are meant here, as before; who, as they should slay those they took in Jerusalem with the edge of the sword, as fishes taken in a net are killed, or presently die, which is the sense of the Targum, and other Jewish commentators; so those that escaped and fled to mountains, hills, and holes of the rocks, to hide themselves, should be pursued by them, and be found out, taken, and carried captive: or, the Romans F5. So Nimrod, the beginning of whose kingdom was Babel, being a tyrant and an oppressor, is called a mighty hunter, ( Genesis 10:8-10 ) .


FOOTNOTES:

F5 Vid. Joseph de Bello Jud. l. 7. c. 9. sect. 4.

Jeremia 16:16 In-Context

14 Daarom, ziet, de dagen komen, spreekt de HEERE, dat er niet meer zal gezegd worden: Zo waarachtig als de HEERE leeft, Die de kinderen Israels uit Egypteland heeft opgevoerd!
15 Maar: Zo waarachtig als de HEERE leeft, Die de kinderen Israels heeft opgevoerd uit het land van het noorden, en uit al de landen waarhenen Hij hen gedreven had! want Ik zal hen wederbrengen in hun land, dat Ik hun vaderen gegeven heb.
16 Ziet, Ik zal zenden tot veel vissers, spreekt de HEERE, die zullen hen vissen; en daarna zal Ik zenden tot veel jagers, die zullen hen jagen, van op allen berg, en van op allen heuvel, ja, uit de kloven der steenrotsen.
17 Want Mijn ogen zijn op al hun wegen; zij zijn voor Mijn aangezicht niet verborgen, noch hun ongerechtigheid verholen van voor Mijn ogen.
18 Dies zal Ik eerst hun ongerechtigheid en hun zonde dubbel vergelden, omdat zij Mijn land ontheiligd hebben; zij hebben Mijn erfenis met de dode lichamen hunner verfoeiselen en hunner gruwelen vervuld.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.