Jeremia 16:2

2 Gij zult u geen vrouw nemen, en gij zult geen zonen noch dochteren hebben in deze plaats.

Jeremia 16:2 Meaning and Commentary

Jeremiah 16:2

Thou shall not take thee a wife
Not because it was unlawful; for it was lawful for prophets to marry, and they did; but because it was not advisable, on account of the calamities and distresses which were coming upon the nation; which would be more bearable by him alone, than if he had a wife, which would increase his care, concern, and sorrow. Neither shall thou have sons nor daughters in this place;
in Anathoth, says Kimchi; but it is most likely that Jerusalem in particular is meant, though the whole land of Judea in general may be designed; and though nothing is more desirable than to have children to build up the family, and bear and continue a man's name for futurity, yet in times of public calamity these do but add to the affliction.

Jeremia 16:2 In-Context

1 En des HEEREN woord geschiedde tot mij, zeggende:
2 Gij zult u geen vrouw nemen, en gij zult geen zonen noch dochteren hebben in deze plaats.
3 Want zo zegt de HEERE van de zonen en van de dochteren, die in deze plaats geboren worden; daartoe van hun moeders, die ze baren, en van hun vaders, die ze gewinnen in dit land:
4 Zij zullen pijnlijke doden sterven, zij zullen niet beklaagd noch begraven worden, zij zullen tot mest op den aardbodem zijn, en zij zullen door het zwaard en door den honger verteerd worden, en hun dode lichamen zullen het gevogelte des hemels en het gedierte der aarde tot spijze zijn.
5 Want zo zegt de HEERE: Ga niet in het huis desgenen, die een rouwmaaltijd houdt, en ga niet henen om te rouwklagen, en heb geen medelijden met hen; want Ik heb van dit volk (spreekt de HEERE) weggenomen Mijn vrede, goedertierenheid en barmhartigheden;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.