Jeremia 22:12

12 Maar in de plaats, waarhenen zij hem gevankelijk hebben weggevoerd, zal hij sterven, en dit land zal hij niet meer zien.

Jeremia 22:12 Meaning and Commentary

Jeremiah 22:12

But he shall die in the place whither they have led him
captive
Even in Egypt, where Pharaohnecho and his army carried him captive, as before observed: and he shall see his land no more;
the land of Judah, where he was born, and over which he had been king: this is repeated to show the certainty of it, and what reason there was for the above lamentation; since the people might have been in hopes of the return of him, but now they are assured they had no ground for it; who, though he was not a good prince, yet perhaps not so bad as his brother Jehoiakim, who succeeded him; who appears, by what follows, to have been a very unjust, tyrannical, and oppressive prince; and therefore there was great occasion for mourning on the account of Shallum, who very likely was more promising.

Jeremia 22:12 In-Context

10 Weent niet over den dode, en beklaagt hem niet; weent vrij over dien, die weggegaan is, want hij zal nimmermeer wederkomen, dat hij het land zijner geboorte zie.
11 Want zo zegt de HEERE van Sallum, den zoon van Josia, koning van Juda, die in de plaats van zijn vader Josia regeerde, die uit deze plaats is uitgegaan: Hij zal daar nimmermeer wederkomen.
12 Maar in de plaats, waarhenen zij hem gevankelijk hebben weggevoerd, zal hij sterven, en dit land zal hij niet meer zien.
13 Wee dien, die zijn huis bouwt met ongerechtigheid, en zijn opperzalen met onrecht; die zijns naasten dienst om niet gebruikt, en geeft hen zijn arbeidsloon niet!
14 Die daar zegt: Ik zal mij een zeer hoog huis bouwen, en doorluchtige opperzalen; en hij houwt zich vensteren uit, en het is bedekt met ceder, en aangestreken met menie.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.